Om de Lamleh lijn zuiver te houden is het belangrijk dat er ouderdieren met elkaar gepaard worden die uit deze zelfde lijn afstammen. Vanaf hun intrede in de westerse wereld tot op vandaag zijn er fokkers bereid geweest om deze lijn voort te zetten en te koesteren. Dit heeft het ons ook mogelijk gemaakt om nu vandaag de dag Tibetanen uit deze lijn te fokken. We spreken dan ook over lijnteelt en geen inteelt, daar voor de serieuze fokker de variateit in de keuze van een geschikte combinatie nog goed mogelijk is. Al is de spoeling niet altijd rijkelijk bezaaid, de meeste fokkers van deze lijnen zijn meer dan bereid om een pup uit buitenland te importeren of een dekking te halen ver over de landgrenzen.
Een Lamleh reu is prima inzetbaar voor verschillende passende teven. Een reu kan dan ook theoretisch gezien gemakkelijk meerdere malen nesten in zijn leven produceren. Dit gaat natuurlijk niet op voor een Lamleh teefje, als deze pups voortbrengt met een reu die niet voor 100 % uit deze bloedlijn afstamt, gaan haar pups verloren wat betreft de bloedlijn. Een teefje krijgt gebruikelijk tussen de 1 en 4 nestjes in haar leven, maar dit is natuurlijk geen vast gegeven, ze kan ook om medische redenen of zelfs om onverklaarbare redenen maar 1 nestje voortbrengen en zou dit dan een mix combinatie zijn, dan is dit teefje en haar nakomelingen verloren gegaan voor de bloedlijn. Vandaar dat de meeste fokkers die Lamleh Tibetanen hebben hun teefje ook zullen laten dekken door een passende reu uit dezelfde bloedlijn.